Peter de Bruijn is een fervent lezer van deze rubriek. Hij leverde Theo Heesen een verhaal over een trip naar Italië in 1984.
In ons kampioensjaar 1984 ging een select gezelschap van Oude Meesters en de hele selectie van ons eerste team naar Italië. Onze eerste bestemming was Garda, toen Brescia, Lido de Jesolo, Venetië en uiteindelijk Rho. De voorbereidingen met de Italianen verliepen, zoals verwacht, chaotisch. Mijn vrienden daar bij RC Parabiago, RC Rho en district Milaan dachten anders over afspraken dan wij. Pieter Tolsma van AAC, een goede vriend van mij die jaren speelde voor Parabiago, bracht redding.
Met een luxe bus van Jan de Wit op weg naar Garda, inchecken en naar het enige restaurant dat aan onze behoeften voldeed. Restaurant met wijngaard. Terug in het hotel was het meteen een bende, omdat vriendjes (front five) bij elkaar wilden slapen; die kunnen absoluut niet zonder elkaar. Bedden werden verhuisd van de ene kamer naar de andere kamer. Ja, daar kan een krasje vallen, maar beslist geen deuken zoals men later zei.
Volgende dag spelen tegen Brescia. Een afgetekende overwinning. Na de officiële plichtplegingen in HRC tenue terug naar het hotel en – omdat er ontstellende mooie meisjes, met hun ouders zoals in Italië gewoon is, waren nog even naar het zwembad en naakt er in springen: om indruk te maken. Na het zwemmen alleen de blazer aan, de rest van de kleding in een bundeltje onder de arm in polonaise het zwembad en de eetkamer door naar de kamer. Zo’n 45 naakte kerels met blazer. HRC is gearriveerd!
Op weg naar Lido de Jesolo ontdekte om 24:00 uur een aantal HRC’ers een disco aldaar. Het kader reed door naar het hotel. Ik schrok wakker om 03:00 uur door het lied “Aan de oever van de Rotte”. De rest was dus ook gearriveerd. Dat mensen zich zo druk kunnen maken over zo’n liedje in de receptie gezongen door ca 40 man…. Je mocht toen ook al niks in een hotel. ’s Morgens geen ontbijt, omdat we zo mooi gezongen hadden en een beetje laat ons bed uitkwamen.
Iedereen in de boot naar Venetië. Nas Verzuijlbergen gaf iedereen een biertje op het San Marcoplein. Is nu nog de rekening aan het betalen. Terug in Rho, de avondwedstrijd tegen district Milaan. Daarin speelde de hele voorwaartse selectie van het Italiaanse team. Daarom is de front five dus vriendjes van elkaar! Corrupte scheidsrechter, grensrechter en publiek dachten ons van de winst af te houden, doch in de laatste seconde een dropgoal van Ronald Berrevoets. Winst voor HRC. Ook de oude meesters hadden hun wedstrijd gewonnen. Trip geslaagd!!
Terug in het hotel in Garda was er stront aan de knikker. Volgens de manager zaten er deuken in de deuren. Herrie en zelfs politie. Die deuken waren er door de Italianen zelf in gemaakt en waren zo te zien nog geen uur oud. Het was een maffiabende. Pieter Tolsma zei in zijn rap Italiaans tegen de manager dat hij kon opzouten.
’s Morgens aan het ontbijt misten we Simon Weersma, Charlie de pindaboer en ik dacht Jos de Rijk. Daar kwamen ze binnen met lakens omgeslagen, lauwerkrans op het hoofd en “iets” in hun handen, als Romeinse senatoren in dienst van Keizer Caesar.
Terug naar Den Haag na een supertrip. Sommige tijdstippen kloppen misschien niet helemaal, maar een coach is ook maar een mens en het is al even geleden.