Een paar weken lang hebben we – in een speciaal rubriekje en met weinig succes – onder de trap in het clubhuis liggende gevonden items in de spotlight gezet. Die items werden vaak nog steeds niet opgehaald en de berg gevonden voorwerpen is bepaald nog niet geslonken.
Maar ieder nadeel heeft een voordeel, het geeft ons de kans om het mooie initiatief van Bert Iepma van Rugby Club Delft te steunen. Graag verwijzen we naar zijn bericht dat je hieronder kan lezen.
Hoe gaat het in zijn werk?
Op ZATERDAG 30 APRIL a.s. worden de gevonden voorwerpen gesorteerd. Alle goed bruikbare (kinder/jeugd) kleding die zich die dag onder de trap in ons clubhuis bevindt wordt dan weggehaald en krijgt een hele mooie nieuwe bestemming. En voel je vooral vrij om kleding die te groot/te klein/die je over hebt, kort vóór 30 april ook onder de trap te leggen.
Dan nu de toelichting van Bert zelf:
Afgelopen weken hebben wij als gezin de familie van mijn vrouw in Kaapstad bezocht. Gedurende onze tijd daar heeft onze zoon Tim meegetraind bij een lokale rugby club (RFC Hamiltons https://hamiltonrfc.co.za/).
Bij deze (zeer sociale) club traint ook een groep kinderen (8-13 jaar) afkomstig uit het township Khayelitsha (https://nl.wikipedia.org/wiki/Khayelitsha). Dit zijn kinderen die in grote armoede opgroeien en wonen in huizen van spaanplaat. Ze trainen dus in kapotte katoenen shirts en oude afgeknipte versleten joggingbroeken.
Mijn vraag aan HRC was: zou ik jullie gevonden en niet opgehaalde rugby/trainings shirts & broeken mogen hebben?
De bestemming is duidelijk: ik wil ze graag naar de kinderen van het ”Khayelitsha team” willen opsturen/ze willen meenemen wanneer we einde van het jaar Kaapstad weer bezoeken. En het gaat dan om kleding voor jongens in de leeftijd van 8 tot 13 jaar (maar sommige zijn behoorlijk groot maatje cubs +). Alle kinderen in Zuid Afrika spelen tot 13 jaar op blote voeten dus sokken en schoenen blijven onder de trap achter. Bijgevoegd een foto van het team (in hun wedstrijd tenue dat ze alleen op wedstrijddagen mogen dragen).
Alvast veel dank en met hartelijke groet,
Bert Ipema